Schildklierproblemen kunnen heel vervelend zijn. De schildklier bevindt zich in de keel onder de adamsappel en is heer en meester over diverse processen in ons lichaam. Iemand wiens schildklier te traag of niet werkt heeft last van vermoeidheid, onverklaarbare gewichtstoename, een lage hartslag, droge huid, depressie, lage lichaamstemperatuur, een hese stem en vruchtbaarheidsproblemen. Een hele kluif om elke dag mee om te gaan dus. Gelukkig valt de aandoening te behandelen.
De schildklier produceert de hormonen triiodothryronine (T3) en thyroxine (T4). T4 is sterk in de meerderheid: zo’n 80-90 procent van de hoeveelheid hormoon geproduceerd door de schildklier is deze soort. De schildklier verspreidt de hormonen in het bloed, waarna ze invloed hebben op bijna elke cel in het lichaam. Ze stimuleren bijvoorbeeld de stofwisseling, reguleren bot- en hersengroei, maken het lichaam meer ontvankelijk voor adrenaline en bevorderen de opname van vitamines.
Om T3 en T4 te maken, is jodium nodig. Dit element vind je in zeevis, zeewier en gewassen die geplant zijn op jodiumrijke grond. Een tekort aan jodium lijdt tot een struma: een opgezwollen schildklier. Vroeger had men veel last van jodiumtekort, waardoor werd besloten om jodium standaard aan keukenzout en bakkerszout toe te voegen. Sindsdien hebben veel minder mensen er last van.
Jodiumtekort is niet de enige oorzaak van een tekort aan schildklierhormonen. De meest voorkomende is een aandoening aan de schildklier zelf. Hierdoor maakt de schildklier niet genoeg hormoon aan. Dit heet primaire hypothyreoïdie. Secundaire hypothyreoïdie treedt op als de hypofyse niet goed functioneert. Deze klier in de hersenen reguleert de functie van de schildklier. Het kan ook zo zijn dat er niets mis is met de hypofyse maar wel met het hersendeel dat deze klier reguleert. Deze heet de hypothalamus. Als deze niet goed functioneert, spreekt men van tertiaire hypothyreoïdie.
Hoewel de oorzaak bij elk van deze ziektes anders ligt, is de oplossing hetzelfde: pillen van synthetisch T4. Het instellen van de juiste dosis kan echter nogal wat problemen opleveren omdat de juiste hoeveelheid verschilt per patiënt. Krijgt de patiënt te weinig, dan wordt het probleem niet opgelost. Wordt er teveel toegediend, dan krijgt de patiënt juist last van allerlei andere symptomen. Men raakt snel geïrriteerd en krijgt last van gewichtsverlies, angsten, haarverlies, hyperactiviteit, zweten, hartkloppingen, kortademigheid en misselijkheid. Een teveel aan schildklierhormonen heet hyperthyroïdie.
Hyperthyroïdie is niet alleen een effect van slecht afgestelde medicatie voor hypothyroïdie, het is ook een ziektebeeld op zich. De ziekte van Graves is een van de meest voorkomende oorzaken van een overactieve schildklier. Patiënten met deze auto-immuunziekte produceren antistoffen die receptoren op de schildklier bezetten. Deze receptoren reageren op het hormoon TSH, wat de schildklier aanzet tot productie van T3 en T4. De antistoffen zorgen ervoor dat de receptoren de hele tijd de schildklier het signaal geven om meer hormoon aan te maken. Hierdoor komt er veel te veel T3 en T4 in het bloed, wat zorgt voor allerlei symptomen. Andere oorzaken van een overactieve schildklier zijn een goedaardige tumor of een ontsteking van de schildklier.
Hyperthyroïdie kan op verschillende manieren bestreden worden. Als eerste lijn worden vaak schildklierremmers ingezet. Deze zorgen ervoor dat de schildklier minder of helemaal niet werkt. Bij de meeste patiënten wordt de dosis precies zo afgesteld dat de schildklier net genoeg hormoon blijft maken.
Bij sommige patiënten is de zwelling van de schildklier zo groot dat radioactieve jodium wordt ingezet. Deze methode, die ‘Slok’ wordt genoemd, werkt op ingenieuze wijze. Voor de productie van T3 en T4 heeft de schildklier jodium nodig maar de rest van het lichaam heeft er geen baat bij. Hierdoor gaat al het jodium in ons lichaam vrijwel direct naar de schildklier. Door het jodium radioactief te maken, wordt de schildklier in feite van binnenuit bestraald. Hierdoor wordt de schildkier een stuk kleiner. De rest van het lichaam - ook het weefsel om de schildklier heen - merkt helemaal niets van de behandeling. Echter, de slok is een permanente oplossing. De schildklier is definitief uitgeschakeld waardoor de patiënt dus altijd vervangende schildklierhormonen zal moeten slikken.
In het geval van spoed, bijvoorbeeld tijdens de zwangerschap, kan een operatie ook uitkomst bieden. In dat geval wordt de hele schildklier - of een deel ervan - chirurgisch verwijderd. Wordt alles weggehaald, dan moet de patiënt waarschijnlijk zijn leven lang behandeld worden met schildklierhormonen. Wordt er echter maar een deel verwijderd, dan is de kans op terugkeer van hyperthyroïdie fors.
Hoewel schildklierproblemen tegenwoordig prima behandeld kunnen worden, zijn de gevolgen vaak zeer ingrijpend voor de patiënt. De afstelperiode voor hormoontherapie kan wel een jaar duren en daarna kan het bereikte evenwicht nog steeds door allerlei invloeden van slag raken. Maar met een goede begeleiding kunnen patiënten met schildklier problemen een heel normaal leven leiden. Of zelfs een uitzonderlijk leven.
In de opleiding Trainer Hormoonfactor leer je alles over onder andere de schildklier, hormonen en de invloed hiervan op het lichaam. Doel van de opleiding is dat je leert hoe je met een gezonde levensstijl de natuurlijke hormoonbalans in je lichaam herstelt.